Servomotoren voor 2 /3-weg afsluiters

AMV of AME zijn aanduidingen die beschrijven hoe de servomotor wordt aangestuurd. AMV betekent dat de servomotor met een 2-punts- of 3-puntssignaal wordt aangestuurd, terwijl AME betekent dat de servomotor modulerend wordt aangestuurd. Dit is een zeer belangrijk verschil aangezien niet elk type van regeling voor elke toepassing geschikt is.
Een modulerende regeling (met AME servomotoren) is geschikt wanneer een nauwkeurige debietregeling vereist is, aangezien deze servomotoren ook over een feedbacksignaal beschikken en zichzelf heel precies kunnen positioneren naargelang het signaal van de regelaar. Bovendien beschikken AME servomotoren (ook wel de elektronische versie van servomotoren genoemd) over meer functies op DIP-schakelaars en bieden ze de klant meer flexibiliteit en regelingsvarianten.
AMV servomotoren hebben doorgaans standaard geen actief retoursignaal, tenzij er binnenin een potentiometer wordt gebruikt, en zijn niet zo nauwkeurig bij de debietregeling, maar vormen toch een zeer goede oplossing voor de eisen van de klant.

Een geschikte vervanging zou momenteel een AME 655 of AME 55 servomotor zijn. In de toekomst zal er ook een AME 685 servomotor kunnen worden gebruikt.
Zie de technische gegevens voor AMB 162/182 servomotoren: http://products.danfoss.com/productrange/list/heatingsolutions/control-valves/actuators-for-rotary-valves/amb-162-182-/#/

De meeste servomotoren werken niet op wissel- en gelijkspanning omdat ze synchrone motoren hebben. Er komen nu echter nieuwe BLDC-motoren aan en deze technologie kan op AC- of DC-servomotoren werken dankzij de zogenaamde seriële verbinding tussen de stator en rotor van de elektromotor.
Dit soort servomotoren, zoals AME 435 en AME 655/658/659, kunnen met wissel- of gelijkspanning werken, maar enkel voor 24 V in één of 230 V in een andere versie van de servomotor, nooit beide tegelijkertijd. Als er in het systeem gelijkspanning is en u over een AC-servomotor beschikt, raden wij u aan om voor een geschikte vervanging te kijken of een omvormer in uw systeem te installeren.
Zie de technische gegevens voor AME 435 servomotoren: http://products.danfoss.com/productrange/list/heatingsolutions/control-valves/actuators-for-seated-valves/actuators-for-heating-cooling-/actuators-without-safety-function/amve-435/#/

AUX-schakelaars zijn extra schakelaars in de servomotor die signalen naar de ontvanger (een andere servomotor, ketel, pomp of regelaar) sturen wanneer een bepaald punt van de positie van de servomotor is gepasseerd; dit betekent gewoonlijk wanneer de eindposities van de servomotor (helemaal open of gesloten) zijn bereikt.

De veiligheidsfunctie is een kenmerk van de servomotoren, die wettelijk verplicht is of door de klant wordt aangevraagd, om de afsluiter te sluiten of te openen in geval van een stroomstoring. Het gebeurt vaak dat de stroom uitvalt en de afsluiter bijgevolg niet langer onder controle is. Dit kan catastrofale gevolgen hebben voor de toepassing/industrie en vooral voor de veiligheid van iedereen in de buurt van de afsluiter, aangezien er water onder druk van meer dan 130 °C in het systeem kan zitten.
Met de veiligheidsfunctie kunt u de afsluiter automatisch sluiten of openen (via de veer binnen in de servomotor) telkens wanneer de stroom uitvalt. SD betekent veer omlaag (spring down), wat de servomotor naar de laagste eindpositie zal bewegen, terwijl SU veer omhoog betekent (spring up), wat de servomotor naar de hoogste eindpositie zal bewegen. U kunt beide versies in de portfolio van Danfoss vinden.
Zie het programma van servomotoren: http://products.danfoss.com/productrange/heatingsolutions/control-valves/actuators-for-seated-valves/#/

Het antwoord is JA. Servomotoren hebben gewoonlijk een lineaire karakteristiek, maar met de nieuwe AME servomotoren, zoals bijvoorbeeld in de AME 435 en AME 655/658/659 servomotoren, kunt u de karakteristiek van de servomotor met DIP-schakelaarinstellingen veranderen. Meer informatie hierover vindt u in de gegevensbladen.

Bij alle AME servomotoren bestaat de mogelijkheid om te kiezen voor ofwel een spanningssignaal van de regelaar (U), ofwel een stroomsignaal van de regelaar (I) op een DIP-schakelaar. Er is ook een extra optie om te kiezen dat de servomotor door het signaal van 0(2)-10 V of dat van 0(4)-20 mA van de regelaar werkt.

De snelheid van de servomotoren op basis van synchrone motoren is vastgelegd op een frequentie die bij de voedingsspanning van 230 V AC wordt gebruik. U kunt de snelheid van de servomotor verhogen als u een voedingsspanning van 60 Hz gebruikt. Deze oplossing wordt echter niet aangeraden omdat u niet kunt weten hoeveel sneller de servomotor daadwerkelijk beweegt.
Wij raden u aan om te kiezen voor AME servomotoren van Danfoss met BLDC-motoren, aangezien zij op de DIP-schakelaar de mogelijkheid bieden om de snelheid te selecteren. AME 655/658/659 servomotoren kunnen bijvoorbeeld aan 2 s/mm of 6 s/mm bewegen, afhankelijk van de instelling op de DIP-schakelaar. Neem contact op met onze verkoopdienst om te weten op welke servomotoren de snelheid kan worden geselecteerd.

Het gebeurt vaak dat de servomotor een grotere slag dan de afsluiter heeft. Servomotoren van Danfoss hebben een protocol voor zelfstandige inbedrijfstelling, waarbij ze de eindposities van de afsluiter waarop ze gemonteerd zijn automatisch vinden. De servomotor onthoudt deze posities zelf en past zijn slag aan de afsluiter aan. Hierdoor kan er veel tijd en moeite worden bespaard bij de installatie/inbedrijfstelling van de servomotor op de afsluiter.

Ja, voor deze combinatie is er een adapter nodig omdat de afsluiterhals voor de maten DN 65-80 een andere vorm heeft. U heeft adapter 065Z0312 nodig om de servomotor op de afsluiter te kunnen monteren.